Mijn
Schat
Ik beschik over speciale kracht
want ik bezit een prachtige Schat
Die woont in mijn broos aarden vat
en aan mij toont Zijn hemelse pracht
Omdat Hij altijd in mijn hart
verblijft
schijnt in mij een Wonderbaar Licht
dat vreugde uitstraalt op mijn aangezicht
en de donkerste duisternis
verdrijft
Deze kracht laat me boven alles
uitstijgen
en verschaft mij troost en heldenmoed
zelfs wanneer iets in mijn leven
pijn doet
zal ik door mijn Schat engelenvleugels krijgen
Maria
Segers 26/9/2014
n.a.v. 2 Cor. 4:7
2 Corinthiƫrs 4:6 en7 Want de God, die gesproken heeft: Licht schijne uit het duister, heeft het doen schijnen in onze harten, om ons te verlichten met de kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Christus.
Maar wij hebben deze schat in aarden vaten, zodat de kracht, die alles te boven gaat, van God is en niet van ons.
Als alles in ons leven tegenzit, mogen wij net als Paulus zeggen dat wij over een speciale kracht beschikken, want in ons hart woont Christus en dat wordt in dit gedeelte omschreven als "een schat in een aarden vat".
Ook al takelt onze uitwendige mens meer en meer af, wij worden ouder, wij kunnen ziek worden of zwak, soms radeloos en voor grote druk gezet, soms zien we ons als verloren...ja, wij zijn kwetsbare mensen...net als aarden vaten...deze vaten zijn ook broos en scheuren en barsten gemakkelijk, maar onze inwendige mens wordt dag na dag vernieuwd of verjongd.
"DE SCHAT" die "IN DIT VAT" zit...deze is kostbaar. Deze schat verschaft de gelovige mens een "immense kracht", waardoor hij boven alle problemen kan uitstijgen.
In Jesaja 40:29-31 staat het zo geschreven:
Hij geeft de moede kracht en de machteloze vermeerdert hij sterkte. Jongelingen worden moede en mat, zelfs jonge mannen struikelen, maar wie de Here verwachten, putten nieuwe kracht; zij varen op met vleugelen als arenden; zij lopen, maar worden niet moede; zij wandelen, maar worden niet mat.
Paulus werd voortdurend aan de dood overgeleverd, om Jezus' wil, en hij zegt dat dit nodig is om "het leven van Jezus te openbaren" in hem en dus ook in ons.
En hij eindigt in het gedeelte van 2 Cor. in vers 15 dat soms moeilijkheden nodig zijn of lijden enz. opdat de genade toe zou nemen en dat er steeds door meerderen overvloedig "dank worde gebracht ter ere van God"!
Here God, ik dank U dat ik steeds mijn vertrouwen op U mag stellen en voor niets hoef te vrezen...wat zou vlees mij doen? U bent mij dicht nabij en geeft mij arendskracht. U stelt mij hoog op Uw Rots: Uw Zoon gaf mij eeuwig leven!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten