Wintergevoel
Alles schildert wit in mij. Kaal.
Naakt. Toch pracht en praal.
Met rijm op mijn woorden,
voortgetrokken met koorden
van onverbreekbare liefde - een slee
vol kinderen die volgen gedwee
hun vader - over het ijs
glijdend - een waar paradijs -
snijdend van de kou rond hun oren,
maar hun harten zijn niet bevroren!
De vriezeman tovert op hun wangen
boskabouters die blijven hangen.
Iedereen joelt van de pret.
Is Koning Winter nu schaakmat gezet?
Maria Segers 27/12/2015
zondag 27 december 2015
zaterdag 21 november 2015
Ik vind rijke buit...Psalm 119 vers 162
Haiku
Ik vind rijke buit
en wordt vervuld met blijdschap
door uw lichtend Woord.
Maria Segers 21 november 2015
Overdenking: Psalm 119:161-168
Psalm 119:162 Ik verblijd mij over uw woord
als iemand die rijke buit vindt.
Ik zou een vraag kunnen stellen zoals : "Win jij graag de lotto?"
We zouden waarschijnlijk zeggen: natuurlijk, wat zou ik blij zijn!
Wel in dit gedeelte zien we dat "er een rijke buit gevonden wordt"...maar dat kunnen we vinden in "woorden van God".
In Gods woord diep graven betekent: "Schatten vinden"!
Het betekent zoals we in vers 165 kunnen lezen:
"Zij die uw wet liefhebben, hebben grote vrede, er is voor hen geen struikelblok."
Iedereen die "het levend woord" kent, kent die grote Vredevorst: Jezus Christus! Hij kwam ons bevrijden uit de kwade macht, die ons gevangen hield.
In Johannes 1:2-5 kunnen we lezen:
"Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden is . In het Woord was leven en het leven was het licht der mensen en het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen."
en dan verder in vers 9 en 10: "Het waarachtige licht, dat ieder mens verlicht, was komende in de wereld. Hij was in de wereld en de wereld is door Hem geworden en de wereld heeft Hem niet gekend."
Binnenkort vieren we "kerst" en dat wordt "het feest van de vrede genoemd"...dan wordt eigenlijk de geboorte van Jezus Christus opnieuw gevierd: het verjaardagsfeest eigenlijk van De Vredevorst!
Het is een feest van "Licht". Alle straten en uitstalramen en ook kerstbomen en kersthuisjes worden "verlicht"...dit alles is nog steeds een verwijzing naar "De lichtende bron: Jezus Christus dus, want Hij is Het Licht der wereld!"
Hij is het waarachtige Leven...Hij is ook de bron van al het leven!
Als we begrijpen dat Hij ons heeft geschapen...dan begrijpen we psalm 119 vers 168 waar geschreven staat:"Uw bevelen en uw getuigenissen onderhoud ik, want al mijn wegen zijn voor u."
Voor onze God ligt alles open en bloot, al onze gedachten, alles wat wij doen en zeggen, ja alles is bij Hem bekend! Wij kunnen voor Hem niets verborgen houden, want voor Hem bestaan er geen geheimen!
Daarom juist kunnen we een enorme vreugde kennen als we dicht bij "Het Woord leven of in Zijn Licht wandelen...want psalm 119 vers 105 zegt:"Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad."
Gebed:
Ik wil U meer dan zeven maal per dag loven en prijzen zoals in dit gedeelte vers 164 zegt om uw rechtvaardige woorden, want ze zijn goed voor mijn lichaam, ziel en geest...ja ze zijn de blijdschap van mijn hart, uw woorden zijn als een rijke schat, die nooit opgeraakt en ik mag mij gelukkig prijzen omdat ik het ware leven gevonden heb en grote vrede diep in mijn hart. Ik dank U vooral omdat al mijn wegen en gedachten bij U bekend zijn, ja dat er niets voor U verborgen is en dat ik altijd met al mijn zorgen bij U terecht kan, want U alleen bent mij in elke nood heel nabij, U bent mijn hulp en mijn bevrijder. Met de psalmist mag ik ook uitroepen: Ik verblijd mij zeer over uw woord en daardoor heb ik grote vrede en is er voor mij geen enkele struikelblok, want uw Woord is als een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad!
Ik vind rijke buit
en wordt vervuld met blijdschap
door uw lichtend Woord.
Maria Segers 21 november 2015
Overdenking: Psalm 119:161-168
Psalm 119:162 Ik verblijd mij over uw woord
als iemand die rijke buit vindt.
Ik zou een vraag kunnen stellen zoals : "Win jij graag de lotto?"
We zouden waarschijnlijk zeggen: natuurlijk, wat zou ik blij zijn!
Wel in dit gedeelte zien we dat "er een rijke buit gevonden wordt"...maar dat kunnen we vinden in "woorden van God".
In Gods woord diep graven betekent: "Schatten vinden"!
Het betekent zoals we in vers 165 kunnen lezen:
"Zij die uw wet liefhebben, hebben grote vrede, er is voor hen geen struikelblok."
Iedereen die "het levend woord" kent, kent die grote Vredevorst: Jezus Christus! Hij kwam ons bevrijden uit de kwade macht, die ons gevangen hield.
In Johannes 1:2-5 kunnen we lezen:
"Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden is . In het Woord was leven en het leven was het licht der mensen en het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen."
en dan verder in vers 9 en 10: "Het waarachtige licht, dat ieder mens verlicht, was komende in de wereld. Hij was in de wereld en de wereld is door Hem geworden en de wereld heeft Hem niet gekend."
Binnenkort vieren we "kerst" en dat wordt "het feest van de vrede genoemd"...dan wordt eigenlijk de geboorte van Jezus Christus opnieuw gevierd: het verjaardagsfeest eigenlijk van De Vredevorst!
Het is een feest van "Licht". Alle straten en uitstalramen en ook kerstbomen en kersthuisjes worden "verlicht"...dit alles is nog steeds een verwijzing naar "De lichtende bron: Jezus Christus dus, want Hij is Het Licht der wereld!"
Hij is het waarachtige Leven...Hij is ook de bron van al het leven!
Als we begrijpen dat Hij ons heeft geschapen...dan begrijpen we psalm 119 vers 168 waar geschreven staat:"Uw bevelen en uw getuigenissen onderhoud ik, want al mijn wegen zijn voor u."
Voor onze God ligt alles open en bloot, al onze gedachten, alles wat wij doen en zeggen, ja alles is bij Hem bekend! Wij kunnen voor Hem niets verborgen houden, want voor Hem bestaan er geen geheimen!
Daarom juist kunnen we een enorme vreugde kennen als we dicht bij "Het Woord leven of in Zijn Licht wandelen...want psalm 119 vers 105 zegt:"Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad."
Gebed:
Ik wil U meer dan zeven maal per dag loven en prijzen zoals in dit gedeelte vers 164 zegt om uw rechtvaardige woorden, want ze zijn goed voor mijn lichaam, ziel en geest...ja ze zijn de blijdschap van mijn hart, uw woorden zijn als een rijke schat, die nooit opgeraakt en ik mag mij gelukkig prijzen omdat ik het ware leven gevonden heb en grote vrede diep in mijn hart. Ik dank U vooral omdat al mijn wegen en gedachten bij U bekend zijn, ja dat er niets voor U verborgen is en dat ik altijd met al mijn zorgen bij U terecht kan, want U alleen bent mij in elke nood heel nabij, U bent mijn hulp en mijn bevrijder. Met de psalmist mag ik ook uitroepen: Ik verblijd mij zeer over uw woord en daardoor heb ik grote vrede en is er voor mij geen enkele struikelblok, want uw Woord is als een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad!
zaterdag 14 november 2015
Kerstgedicht: Jawoord
Jawoord
Het Jawoord werd gevraagd
aan een schone maagd.
Maria had hemels geluid
gehoord
en zei nu ja tegen dat
Woord.
Een hemels droomverhaal
verklaart in speciale taal:
Ach Jozef wees nu trouw
en neem Maria tot vrouw.
en Het Woord werd mens
met slechts één hartenwens!
Vanuit de stal in
Bethlehem
roept een lieve Kinderstem:
geef toch aan Mij je hart
begin met een nieuwe start
en geef Mij jouw jawoord
met kerst, dan kan je
voort!
Maria
Segers 14 november 2015
woensdag 11 november 2015
Haiku: Zie mijn ellende + overdenking
Haiku
Zie mijn ellende.
Maak mij levend naar uw woord.
Zie ik heb U lief!
Maria Segers 11 november 2015
Overdenking: psalm 119: 153-160
Deze psalm begint in vers 153 met: "Zie mijn ellende en red mij".
Het doet me denken aan de woorden van Paulus in Romeinen 7:24
Ik ellendig mens! Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? Gode zij dank door Jezus Christus, onze Here!
Paulus verlangde om "het goede" te doen...maar hij merkte op dat "het kwade" nog steeds in zijn lichaam aanwezig was ...en dat veroorzaakte "strijd" in hem!
Het maakt hem tot "krijgsgevangene" van de "wet der zonde", die in zijn ledematen is!
Ook wij zijn nog steeds "zondaars" ook al zijn we gelovige christenen! Wij hebben nog steeds verlossing nodig en bevrijding, want de zonde kan ons "gevangen" nemen! Nochtans hebben we Iemand die ons uit dat "gevangenkamp" bevrijdt en verlost: nl. Jezus Christus! Hij bidt en pleit voor ons en ook de Heilige Geest bidt en pleit voor ons!
Jezus Christus heeft Zelf "de zondestrijd van alle mensen" op het kruis gedragen! Hijzelf was door Zijn Vader verlaten, want God kan geen enkele zonde door de vingers zien! God is daar te "Heilig" en te "Rein" voor! Maar door het offer dat Jezus Christus heeft gebracht, mogen wij nu vrijuit gaan! God wil zelfs "in ons wonen"! Hij stortte zijn Heilige Geest daarvoor uit in onze harten!
Die Geest getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn!
Maar ieder kind van God wil ook "reiniging en heiliging" en tracht ook zo te leven vanuit de genade van God!
De redding van ons vlees ligt alleen maar in het feit dat Jezus Christus Zelf op het kruis de zondeschuld gedragen heeft! Hij is opgestaan uit de dood en heeft ook daarmee "de dood" overwonnen!
Ieder mens kan tot Jezus Christus gaan om barmhartigheid en verlossing of redding van zijn zonden te krijgen...maar dan moet hij "zijn zondelast of schuldenberg" afgeven aan Hem, die daarvoor heeft betaald aan het kruis: nl. Jezus Christus! Hij is Het Levende Woord van God! Hij is De Waarheid, die redt en bevrijdt.
Jezus Christus heb ik lief...zonder Hem gezien te hebben!
Ooit schreef ik eens een gedicht: Lachai-Roï... deze titel heb ik gekozen omdat de slavin van Sara namelijk Hagar tot God riep...nadat zij uit haar ellende was verlost: "Heb ik ook omgezien naar Hem, die naar mij ziet." (Genesis 16:13 en 14)...Daarom noemt men die put: de put Lachai-Roï;
Ik zal mijn gedicht hier nog even bijvoegen:
Zie mijn ellende.
Maak mij levend naar uw woord.
Zie ik heb U lief!
Maria Segers 11 november 2015
Overdenking: psalm 119: 153-160
Deze psalm begint in vers 153 met: "Zie mijn ellende en red mij".
Het doet me denken aan de woorden van Paulus in Romeinen 7:24
Ik ellendig mens! Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? Gode zij dank door Jezus Christus, onze Here!
Paulus verlangde om "het goede" te doen...maar hij merkte op dat "het kwade" nog steeds in zijn lichaam aanwezig was ...en dat veroorzaakte "strijd" in hem!
Het maakt hem tot "krijgsgevangene" van de "wet der zonde", die in zijn ledematen is!
Ook wij zijn nog steeds "zondaars" ook al zijn we gelovige christenen! Wij hebben nog steeds verlossing nodig en bevrijding, want de zonde kan ons "gevangen" nemen! Nochtans hebben we Iemand die ons uit dat "gevangenkamp" bevrijdt en verlost: nl. Jezus Christus! Hij bidt en pleit voor ons en ook de Heilige Geest bidt en pleit voor ons!
Jezus Christus heeft Zelf "de zondestrijd van alle mensen" op het kruis gedragen! Hijzelf was door Zijn Vader verlaten, want God kan geen enkele zonde door de vingers zien! God is daar te "Heilig" en te "Rein" voor! Maar door het offer dat Jezus Christus heeft gebracht, mogen wij nu vrijuit gaan! God wil zelfs "in ons wonen"! Hij stortte zijn Heilige Geest daarvoor uit in onze harten!
Die Geest getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn!
Maar ieder kind van God wil ook "reiniging en heiliging" en tracht ook zo te leven vanuit de genade van God!
De redding van ons vlees ligt alleen maar in het feit dat Jezus Christus Zelf op het kruis de zondeschuld gedragen heeft! Hij is opgestaan uit de dood en heeft ook daarmee "de dood" overwonnen!
Ieder mens kan tot Jezus Christus gaan om barmhartigheid en verlossing of redding van zijn zonden te krijgen...maar dan moet hij "zijn zondelast of schuldenberg" afgeven aan Hem, die daarvoor heeft betaald aan het kruis: nl. Jezus Christus! Hij is Het Levende Woord van God! Hij is De Waarheid, die redt en bevrijdt.
Jezus Christus heb ik lief...zonder Hem gezien te hebben!
Ooit schreef ik eens een gedicht: Lachai-Roï... deze titel heb ik gekozen omdat de slavin van Sara namelijk Hagar tot God riep...nadat zij uit haar ellende was verlost: "Heb ik ook omgezien naar Hem, die naar mij ziet." (Genesis 16:13 en 14)...Daarom noemt men die put: de put Lachai-Roï;
Ik zal mijn gedicht hier nog even bijvoegen:
Lachai-Roï
De
Levende heeft mij gezien
Hij
kende mijn naam
ik
was verstoten
op
de vlucht
Hij
heeft naar mijn ellende omgezien
stilde
mijn dorst en leed
in
mijn woestijnplaats
van
eenzaamheid
Hij
ondernam een reddingsplan
zag
mijn verlorenheid
genas
mijn ogen
van
tranen
Hij
ondersteunde mij met Zijn Engel
zag
mijn gehoorzaamheid
en
knikkende knieën
als
Zijn slavin
Hij
stuurde mij op Zijn rechte pad
met
Zijn volledige levensplan
in
mijn gevulde lege hand
naar
de waterbron
Maria
Segers 11
maart 2011
zondag 25 oktober 2015
Blinde bedelaar: haiku + overdenking: Marcus10:46-52
Haiku
Blinde bedelaar
roept op de Zoon van David
die hem dan doet zien.
Maria Segers 25 oktober 2015
Overdenking: Marcus 10:46-52
De genezing van Bar-Timéüs
3 dingen worden duidelijk in beeld gebracht in dit gedeelte van Marcus:
1) Zijn nood (blind)
2) Zijn geloof (roept op Jezus)
3) Zijn redding (Hij geneest en kan weer zien!)
Deze drie zaken komen ook aan bod in mijn gedicht (haiku)!
1) Zijn nood
Het is steeds belangrijk dat we in ons eigen leven "onze zwakheden of onze noden" leren erkennen! Niemand is perfect! Niemand doet wat goed is, zelfs geen één, leert Romeinen 3:12!
We mogen dan denken, dat wij het toch goed genoeg doen, God Zelf leert ons dus dat dit "een leugen" is...eigenlijk zien we dan onszelf niet, zoals God ons ziet...eigenlijk zijn we van nature allemaal (geestelijk) blind!
De "echte (lichamelijke) blinde" die van nature niet zien kan...wenst daarvan bevrijd te worden...bevrijd van de duisternis...hij wil genieten van kleuren, hij wil kunnen werken (in plaats van te leven van de sociale uitkeringen bij manier van spreken...),hij wil weten waar hij loopt op de weg! Ook wijzelf moeten bevrijd worden van deze duisternis en gaan tot "de ware Lichtbron"! Jezus Christus , de Zoon van God, Hij is diegene die ons kan bevrijden van de duisternis en brengen naar het licht...Hijzelf is "HET LICHT DER WERELD"!
2) Zijn geloof
De blinde kan dus niets anders doen dan bedelen! Maar de mensen willen hem niet "zien of horen"! De mensen gaan aan hem voorbij! Ze hebben hem nu al zo dikwijls gezien langs de weg naar Jericho! Het doet me ook meteen denken aan de parabel van "de barmhartige Samaritaan" waar een mens van Jeruzalem reisde naar Jericho en in de handen van rovers was gevallen (Lucas 10:30) en de priester en de Leviet hielpen deze mens niet...maar wel een Samaritaan, die eigenlijk tot een vijandelijk kamp behoorde en deze ging de "gekwetste man niet voorbij!" Jezus wijst er in deze gelijkenis op dat deze Samaritaan eigenlijk als een voorbeeld voor ons is , want Hij zegt op het einde van deze gelijkenis: Doe gij evenzo! en meteen laat dit verhaal ook zien wie eigenlijk onze naasten zijn nl. gekwetste en noodlijdenden of hulpbehoevenden!
Deze blinde bedelaar roept op de Zoon van David:
Marcus 10:47- 49 En toen hij hoorde, dat het Jezus van Nazareth was, begon hij te roepen en te zeggen: Zoon van David, Jezus, heb medelijden met mij! En velen bestraften hem, opdat hij zou zwijgen. Doch hij riep des te meer: Zoon van David, heb medelijden met mij! En Jezus stond stil en zeide: Roept hem!
De blinde Bartiméüs moet in dit geval héél hard roepen op "DE BARMHARTIGE", "DE MEELIJDENDE". De blinde had reeds gehoord van Jezus en hij wist al wél dat Hij "De Wonderdoener" was...en daarom wilde de blinde niet dat Jezus aan hem zou voorbijgaan! Maar het eigenaardige in dit gedeelte is wel dat Jezus toch wel enigzins "het geloof" van de blinde op de proef stelt, want Hij gaat niet meteen naar de blinde toe, al kon Hij dat ook gedaan hebben, maar Hij vraagt aan de omstaanders: Roept hem! Jezus heeft wél medelijden met die blinde man!
Sommige mensen wilden hem wél de mond snoeren! Maar Jezus niet! Hij staat stil als de blinde Hem smeekt om medelijden te hebben! Hij weet ook "WIE JEZUS CHRISTUS IS"!
Maar eveneens merken wij op dat Jezus "de medemens" oproept om deze blinde man een handje mee te helpen om naar Jezus toe te gaan!
Ook wel treffend in dit gedeelte mogen we dan lezen dat dezen dan ook mee helpen "BEMOEDIGEN" en zeggen: Houd moed, sta op, Hij roept u. (Marcus 10: 49)
Toen wierp hij zijn mantel af, sprong op en ging naar Jezus. (Marcus 10:50)
Meteen gehoorzaamt de blinde bedelaar, want hij werpt zijn "ballast" of "zijn oude klederen af"...zijn mantel en hij springt op van vreugde!
Ook in het volgende gedeelte van Marcus 11 :de intocht in Jeruzalem mogen we zoiets lezen in vers 7: En velen spreidden hun klederen op de weg en anderen groen dat ze van het veld plukten. (vandaar palmzondag)
Dat is nu juist weer zo iets typisch voor mensen die "gelovig" worden!
Jezus roept en zegt "KOM" en "WIE GAAT TOT HEM, SPRINGT OP". Overal in de bijbel zien we dat gebeuren...Jezus wil genezen, Jezus wil blijde gezichten zien...maar Hij wil wél dat we zelf eerst roepen op Hem en bedelen of bidden of vragen ( en dan wel niet vragen zoals in het vorige stuk geschreven staat in Marcus 10:37 om dat in "zelfzucht" te veranderen...niet om te heersen, maar
wél om te dienen!) Als wij dan tot Hem roepen...dan worden ook onze ogen verlicht en krijgen we "EEN NIEUW LEVEN" dat eeuwig duurt...
3) Zijn redding
Ga heen, uw geloof heeft u behouden. En terstond werd hij ziende en volgde Hem op de weg. (Marcus 10:52)
Al wie tot Jezus gaat als Hij roept op Hem en op Zijn Naam vertrouwt, die zal gered of behouden worden! Je kan Hem dan ook "geestelijk" zien...in dit geval "lichamelijk".
In dit gedeelte zien we zelfs de naam staan van de man die genezen wordt: nl. Bartiméüs (zoon van Timéus)...en God ziet naar iedere mens om, die zijn eigen nood erkent en tot Hem gaat met zijn nood en Hem om hulp smeekt. Onze namen staan in zijn Handpalmen gegrift! Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen...al wie Hem aaneemt als zijn persoonlijke Verlosser, Heiland of Redder, zal behouden worden en een kind worden van God de Vader.
We merken ook nog op dat nu deze blinde "genezen is" Hem ook verder volgt!
Dat is ook iets wat kenmerkend is voor een oprecht gelovige: steeds verder op Jezus blijven zien en Hem blijven volgen, overal waar Hij gaat ! Laten we goed leren luisteren naar "Zijn stem"!
Gebed:
Dank U wel, Hemelse Vader dat U mij hebt geroepen en dat ik uw roepstem ook werkelijk heb gehoord. Ik heb mijn oude mantel afgelegd en voor uw voeten neergeworpen... want U bent mijn Grote Koning, palmtakken waardig, waarmee ik U hulde wil brengen, want ik was blind en nu kan ik zien. U hebt mij nieuwe klederen aangedaan! Bedankt dat U niet aan mij bent voorbijgegaan, maar mij voor eeuwig hebt verlost. Help mij om U te blijven volgen en op U te blijven roepen als ik in nood verkeer! Bedankt dat ik kan opspringen van vreugde, want U alleen bent mijn vreugde en geeft mij vrede in mijn hart!
Blinde bedelaar
roept op de Zoon van David
die hem dan doet zien.
Maria Segers 25 oktober 2015
Overdenking: Marcus 10:46-52
De genezing van Bar-Timéüs
3 dingen worden duidelijk in beeld gebracht in dit gedeelte van Marcus:
1) Zijn nood (blind)
2) Zijn geloof (roept op Jezus)
3) Zijn redding (Hij geneest en kan weer zien!)
Deze drie zaken komen ook aan bod in mijn gedicht (haiku)!
1) Zijn nood
Het is steeds belangrijk dat we in ons eigen leven "onze zwakheden of onze noden" leren erkennen! Niemand is perfect! Niemand doet wat goed is, zelfs geen één, leert Romeinen 3:12!
We mogen dan denken, dat wij het toch goed genoeg doen, God Zelf leert ons dus dat dit "een leugen" is...eigenlijk zien we dan onszelf niet, zoals God ons ziet...eigenlijk zijn we van nature allemaal (geestelijk) blind!
De "echte (lichamelijke) blinde" die van nature niet zien kan...wenst daarvan bevrijd te worden...bevrijd van de duisternis...hij wil genieten van kleuren, hij wil kunnen werken (in plaats van te leven van de sociale uitkeringen bij manier van spreken...),hij wil weten waar hij loopt op de weg! Ook wijzelf moeten bevrijd worden van deze duisternis en gaan tot "de ware Lichtbron"! Jezus Christus , de Zoon van God, Hij is diegene die ons kan bevrijden van de duisternis en brengen naar het licht...Hijzelf is "HET LICHT DER WERELD"!
2) Zijn geloof
De blinde kan dus niets anders doen dan bedelen! Maar de mensen willen hem niet "zien of horen"! De mensen gaan aan hem voorbij! Ze hebben hem nu al zo dikwijls gezien langs de weg naar Jericho! Het doet me ook meteen denken aan de parabel van "de barmhartige Samaritaan" waar een mens van Jeruzalem reisde naar Jericho en in de handen van rovers was gevallen (Lucas 10:30) en de priester en de Leviet hielpen deze mens niet...maar wel een Samaritaan, die eigenlijk tot een vijandelijk kamp behoorde en deze ging de "gekwetste man niet voorbij!" Jezus wijst er in deze gelijkenis op dat deze Samaritaan eigenlijk als een voorbeeld voor ons is , want Hij zegt op het einde van deze gelijkenis: Doe gij evenzo! en meteen laat dit verhaal ook zien wie eigenlijk onze naasten zijn nl. gekwetste en noodlijdenden of hulpbehoevenden!
Deze blinde bedelaar roept op de Zoon van David:
Marcus 10:47- 49 En toen hij hoorde, dat het Jezus van Nazareth was, begon hij te roepen en te zeggen: Zoon van David, Jezus, heb medelijden met mij! En velen bestraften hem, opdat hij zou zwijgen. Doch hij riep des te meer: Zoon van David, heb medelijden met mij! En Jezus stond stil en zeide: Roept hem!
De blinde Bartiméüs moet in dit geval héél hard roepen op "DE BARMHARTIGE", "DE MEELIJDENDE". De blinde had reeds gehoord van Jezus en hij wist al wél dat Hij "De Wonderdoener" was...en daarom wilde de blinde niet dat Jezus aan hem zou voorbijgaan! Maar het eigenaardige in dit gedeelte is wel dat Jezus toch wel enigzins "het geloof" van de blinde op de proef stelt, want Hij gaat niet meteen naar de blinde toe, al kon Hij dat ook gedaan hebben, maar Hij vraagt aan de omstaanders: Roept hem! Jezus heeft wél medelijden met die blinde man!
Sommige mensen wilden hem wél de mond snoeren! Maar Jezus niet! Hij staat stil als de blinde Hem smeekt om medelijden te hebben! Hij weet ook "WIE JEZUS CHRISTUS IS"!
Maar eveneens merken wij op dat Jezus "de medemens" oproept om deze blinde man een handje mee te helpen om naar Jezus toe te gaan!
Ook wel treffend in dit gedeelte mogen we dan lezen dat dezen dan ook mee helpen "BEMOEDIGEN" en zeggen: Houd moed, sta op, Hij roept u. (Marcus 10: 49)
Toen wierp hij zijn mantel af, sprong op en ging naar Jezus. (Marcus 10:50)
Meteen gehoorzaamt de blinde bedelaar, want hij werpt zijn "ballast" of "zijn oude klederen af"...zijn mantel en hij springt op van vreugde!
Ook in het volgende gedeelte van Marcus 11 :de intocht in Jeruzalem mogen we zoiets lezen in vers 7: En velen spreidden hun klederen op de weg en anderen groen dat ze van het veld plukten. (vandaar palmzondag)
Dat is nu juist weer zo iets typisch voor mensen die "gelovig" worden!
Jezus roept en zegt "KOM" en "WIE GAAT TOT HEM, SPRINGT OP". Overal in de bijbel zien we dat gebeuren...Jezus wil genezen, Jezus wil blijde gezichten zien...maar Hij wil wél dat we zelf eerst roepen op Hem en bedelen of bidden of vragen ( en dan wel niet vragen zoals in het vorige stuk geschreven staat in Marcus 10:37 om dat in "zelfzucht" te veranderen...niet om te heersen, maar
wél om te dienen!) Als wij dan tot Hem roepen...dan worden ook onze ogen verlicht en krijgen we "EEN NIEUW LEVEN" dat eeuwig duurt...
3) Zijn redding
Ga heen, uw geloof heeft u behouden. En terstond werd hij ziende en volgde Hem op de weg. (Marcus 10:52)
Al wie tot Jezus gaat als Hij roept op Hem en op Zijn Naam vertrouwt, die zal gered of behouden worden! Je kan Hem dan ook "geestelijk" zien...in dit geval "lichamelijk".
In dit gedeelte zien we zelfs de naam staan van de man die genezen wordt: nl. Bartiméüs (zoon van Timéus)...en God ziet naar iedere mens om, die zijn eigen nood erkent en tot Hem gaat met zijn nood en Hem om hulp smeekt. Onze namen staan in zijn Handpalmen gegrift! Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen...al wie Hem aaneemt als zijn persoonlijke Verlosser, Heiland of Redder, zal behouden worden en een kind worden van God de Vader.
We merken ook nog op dat nu deze blinde "genezen is" Hem ook verder volgt!
Dat is ook iets wat kenmerkend is voor een oprecht gelovige: steeds verder op Jezus blijven zien en Hem blijven volgen, overal waar Hij gaat ! Laten we goed leren luisteren naar "Zijn stem"!
Gebed:
Dank U wel, Hemelse Vader dat U mij hebt geroepen en dat ik uw roepstem ook werkelijk heb gehoord. Ik heb mijn oude mantel afgelegd en voor uw voeten neergeworpen... want U bent mijn Grote Koning, palmtakken waardig, waarmee ik U hulde wil brengen, want ik was blind en nu kan ik zien. U hebt mij nieuwe klederen aangedaan! Bedankt dat U niet aan mij bent voorbijgegaan, maar mij voor eeuwig hebt verlost. Help mij om U te blijven volgen en op U te blijven roepen als ik in nood verkeer! Bedankt dat ik kan opspringen van vreugde, want U alleen bent mijn vreugde en geeft mij vrede in mijn hart!
donderdag 15 oktober 2015
Overdenking: Jesaja 28:14-22 Een kostbare hoeksteen
Overdenking: Jesaja 28:14-22 Een kostbare hoeksteen
Jesja 28:16 ...daarom zo zegt de Here: Zie, Ik leg in Sion een steen ten grondslag, een beproefde steen, een kostbare hoeksteen, van een vaste grondslag
Wat prachtig toch dat we bij de droevige geschiedenis, die vanuit Jesaja 28 begint, te kunnen lezen dat onze God: een kostbare hoeksteen legt als "vaste grondslag".
Wij mogen ons huis bouwen op een "vast fundament: Jezus Christus zelf".
Hij, Gods Zoon, is die kostbare hoeksteen!
Hij was ook wel die "beproefde steen".
Gods woord zegt ook dat wij: christenen: "levende stenen" worden genoemd...waarmee "het geestelijk huis" wordt gebouwd.
Als er een brief is in de bijbel, die vaak spreekt over het woordje: "Kostbaar" dan is dat de Petrusbrief waarin dat woordje tot vijfmaal wordt genoemd!
1) Uw geloof, kostbaarder dan vergankelijk goud, dat door vuur beproefd wordt, tot lof en heerlijkheid en eer blijke te zijn bij de openbaring van Jezus Christus. (I Petr.1:7)
2) vrijgekocht van uw ijdele wandel met het kostbaar bloed van Christus, als van een onberispelijk en vlekkeloos lam (1 Petr. 1:19)
3) en komt tot Hem, de levende steen, door de mensen wel verworpen, maar bij God uitverkoren en kostbaar, en laat uzelf ook als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijk huis,...(1 Petr. 2:4-5)
4) Zie, Ik leg in Sion een uitverkoren en kostbare hoeksteen en wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen (1 Petr.2:6)
5) Gij, vrouwen: uw sieraad zij niet uitwendig, maar de verborgen mens van uw hart, met de onvergankelijke tooi van een zachtmoedige en stille geest die kostbaar is in het oog van God. (1 Petr.3:4)
Ons geloof zal wél beproefd worden...want als Jezus beproefd is geworden, dan zullen zijn navolgers dat ook worden!
We zien het ook in de teksten hierboven uit de eerste Petrusbrief staan!
Maar we mogen weten dat al wie zijn geloof bouwt op "het ware fundament: Jezus Christus" dat niemand beschaamd zal uitkomen (zie hierboven: 1 Petr.2:6)
En een ander fundament...een andere vaste grondslag bestaat er niet, zegt Gods Woord ons in 1 Corinthiërs 3:11:
Want een ander fundament, dan dat er ligt, namelijk Jezus Christus, kan niemand leggen!
Maar het is wél belangrijk op toe te zien hoe men daarop bouwt!
Het is wel belangrijk inderdaad om zo te bouwen dat het niet zal instorten! Het is eveneens belangrijk om te zien of je met kostbaar gesteente bouwt! (1 Corinthiërs 3: 12 )
Het is ook belangrijk om te bouwen dat het een vaste grondslag heeft.
Het huis mag niet gaan wankelen bij storm of wind of overstroming enz. Maar het moet kunnen vaststaan en daarom moet het gebouwd worden op de Rots:
Jezus Christus (Lucas 6:48).
Gebed:
Heer help mij om te bouwen op het enige en ware fundament Jezus Christus met kostbaar gesteente, zoals goud en zilver, werken die waarde hebben en dankbaarheid uitstralen en die tot eer en heerlijkheid zijn van Uw Naam.
Heer, gebruik mij als een levende steen...ook al word ik beproefd...help mij dan te denken aan het onberispelijk en vlekkeloos lam dat zijn bloed heeft gegeven en Zelf ook beproefd is geworden, maar is doorgegaan tot het einde en help mij dan ook te zien naar de vreugde die voor mij ligt: de eeuwige hoop en naar het huis dat Hij in de hemelse gewesten nu reeds voor mij aan het klaarmaken is!
Help mij om vast te staan en evenwichtig te blijven, want Hij is mijn Rots, mijn vaste grondslag, mijn levende en kostbare hoeksteen van mijn leven!
Jesja 28:16 ...daarom zo zegt de Here: Zie, Ik leg in Sion een steen ten grondslag, een beproefde steen, een kostbare hoeksteen, van een vaste grondslag
Wat prachtig toch dat we bij de droevige geschiedenis, die vanuit Jesaja 28 begint, te kunnen lezen dat onze God: een kostbare hoeksteen legt als "vaste grondslag".
Wij mogen ons huis bouwen op een "vast fundament: Jezus Christus zelf".
Hij, Gods Zoon, is die kostbare hoeksteen!
Hij was ook wel die "beproefde steen".
Gods woord zegt ook dat wij: christenen: "levende stenen" worden genoemd...waarmee "het geestelijk huis" wordt gebouwd.
Als er een brief is in de bijbel, die vaak spreekt over het woordje: "Kostbaar" dan is dat de Petrusbrief waarin dat woordje tot vijfmaal wordt genoemd!
1) Uw geloof, kostbaarder dan vergankelijk goud, dat door vuur beproefd wordt, tot lof en heerlijkheid en eer blijke te zijn bij de openbaring van Jezus Christus. (I Petr.1:7)
2) vrijgekocht van uw ijdele wandel met het kostbaar bloed van Christus, als van een onberispelijk en vlekkeloos lam (1 Petr. 1:19)
3) en komt tot Hem, de levende steen, door de mensen wel verworpen, maar bij God uitverkoren en kostbaar, en laat uzelf ook als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijk huis,...(1 Petr. 2:4-5)
4) Zie, Ik leg in Sion een uitverkoren en kostbare hoeksteen en wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen (1 Petr.2:6)
5) Gij, vrouwen: uw sieraad zij niet uitwendig, maar de verborgen mens van uw hart, met de onvergankelijke tooi van een zachtmoedige en stille geest die kostbaar is in het oog van God. (1 Petr.3:4)
Ons geloof zal wél beproefd worden...want als Jezus beproefd is geworden, dan zullen zijn navolgers dat ook worden!
We zien het ook in de teksten hierboven uit de eerste Petrusbrief staan!
Maar we mogen weten dat al wie zijn geloof bouwt op "het ware fundament: Jezus Christus" dat niemand beschaamd zal uitkomen (zie hierboven: 1 Petr.2:6)
En een ander fundament...een andere vaste grondslag bestaat er niet, zegt Gods Woord ons in 1 Corinthiërs 3:11:
Want een ander fundament, dan dat er ligt, namelijk Jezus Christus, kan niemand leggen!
Maar het is wél belangrijk op toe te zien hoe men daarop bouwt!
Het is wel belangrijk inderdaad om zo te bouwen dat het niet zal instorten! Het is eveneens belangrijk om te zien of je met kostbaar gesteente bouwt! (1 Corinthiërs 3: 12 )
Het is ook belangrijk om te bouwen dat het een vaste grondslag heeft.
Het huis mag niet gaan wankelen bij storm of wind of overstroming enz. Maar het moet kunnen vaststaan en daarom moet het gebouwd worden op de Rots:
Jezus Christus (Lucas 6:48).
Gebed:
Heer help mij om te bouwen op het enige en ware fundament Jezus Christus met kostbaar gesteente, zoals goud en zilver, werken die waarde hebben en dankbaarheid uitstralen en die tot eer en heerlijkheid zijn van Uw Naam.
Heer, gebruik mij als een levende steen...ook al word ik beproefd...help mij dan te denken aan het onberispelijk en vlekkeloos lam dat zijn bloed heeft gegeven en Zelf ook beproefd is geworden, maar is doorgegaan tot het einde en help mij dan ook te zien naar de vreugde die voor mij ligt: de eeuwige hoop en naar het huis dat Hij in de hemelse gewesten nu reeds voor mij aan het klaarmaken is!
Help mij om vast te staan en evenwichtig te blijven, want Hij is mijn Rots, mijn vaste grondslag, mijn levende en kostbare hoeksteen van mijn leven!
woensdag 14 oktober 2015
Gedicht: De herfst
De
herfst
mensen zijn gehaast
als storm en wind
rond hun oren raast
grijze dagen
opgesmukt
door prachtig brons
en goud
van bladeren - afgerukt
die dwarrelen in
het rond
om even later
treurend
te sterven op natte
grond
maar paddenstoelen
pronken
priemend door het herfsttapijt
en versieren oude
tronken
in het bos
ritselend geluid
van een ijverige
eekhoorn
verstoppend zijn
winterbuit
Maria
Segers 14 oktober 2015
dinsdag 13 oktober 2015
Wat zie ik? Overdenking: Jesaja 28:1-6
Wat
zie ik? Overdenking: Jesaja 28:1-6
Wee
de trotse kroon
Jesaja 28:1: Wee de trotse kroon van
Efraïms beschonkenen, de afvallende bloem: het prachtig hoofdsieraad van het
vruchtbare dal van wie door de wijn zijn overmand.
Vooral de woordjes “trots” en “afvallende
bloem” trekken hier mijn aandacht!
De mens mag geen trotse houding aan de
dag leggen…want dan zal hij zijn als een afvallende bloem!
Hoogmoed komt voor de val!
In de tijd van Jezus waren het niet de
tollenaars of de hoeren waar Hij, Gods Zoon, het moeilijk mee had…neen het
waren de Joodse “leiders” , die Hem steeds met een trotse houding tegemoet
traden!
De mens zal met al zijn pracht en
praal geen stand kunnen houden in deze boze wereld…de mens die geen rekening
houdt met God zal zijn als de beesten, die vergaan!
Bij ons thuis hing er in onze
woonkamer een spreuk: Bloemen verwelken, scheepjes vergaan, maar “de liefde”
zal eeuwig blijven bestaan! En daar gaat het om: liefde tonen!
Jezus Christus droeg geen trotse kroon…
Hij droeg “de doornenkroon”. En daarmee
betoonde Hij zijn liefde voor de mensheid! Hij was de “nederige roos: geplukt
en weggegooid!”
Maar eens komt Hij terug als koning
gekroond! En diegenen, die in Hem geloven, ontvangen zelf ook een koningskroon…maar
wee, wee, wee hun die Hem verwerpen!
Wee hun, die “De mooiste bloem op
aarde”: Jezus Christus dus, omdat Hij de mooiste en meest volmaakte mens is
geweest, verwerpen of weggooien in hun leven…want dan zal Hij “hun kroon”
afnemen!
In de bijbel staat geschreven dat God
de mens ziet als “de kroon van zijn schepping”!
Het is het bloed van Jezus Christus
dat slechts de zonde wegneemt . Zijn doornenkroon, zijn kruislijden bracht
opnieuw verzoening voor de mens!
De bloedbeker wijn die Hij dronk dat
was “het leven voor de mens” en “het
nieuwe verbond”. En wij mogen tot op de dag van vandaag daaraan nog steeds
herinnerd worden…want zijn vlees en zijn bloed zijn ware spijs en ware drank
dat de mens voor eeuwig het leven schenkt…en dat is geen sprookje!
Maar wee de mens die Hem verraadt!
Beschonkenen…door
de wijn overmand.
Jesaja 28:3 Wijn of sterke
drank kan heel wat onheil aanrichten. Het denken van de mens wordt zodanig
aangetast dat men zichzelf niet meer is en dingen doet waarvan hij of zij zich
later schaamt, wanneer ze terug nuchter zijn. Ook de bijbel waarschuwt ervoor
om niet te diep in het glas te kijken! Verderop in Jesaja 28:7 zien we het
resultaat: De leiders, de priesters en profeten, die dat deden: zij tuimelen en waggelen bij een gezicht en
zijn verward en wankelen bij een rechtspraak en de tafels zijn vol van
walgelijk uitbraaksel…er is geen plek meer over…zij zullen achterwaarts
struikelen en te pletter vallen, verstrikt en gevangen worden genomen!
In Jesaja 28: 15 wat
verderop dus, zien we dat God hen toespreekt omdat zij daardoor eigenlijk een
verbond met de dood sluiten doordat ze zich bedwelmen met drank!
Beschonkenen: Het deed me eigenlijk ook wel wat
denken aan het begin van het boek “Handelingen” waar de apostelen met
Pinksteren vervuld werden door de Heilige Geest en dat tongen van vuur zich op
hen vertoonden en dat zij enthousiast begonnen te spreken …maar waar er
sommigen met hen begonnen te spotten en zegden: ze hebben te veel zoete wijn
gehad . (Hand.2:13) …maar Petrus veklaarde daarna in Hand. 2:15 dat ze niet
dronken waren!
Mensen kunnen ook
veranderen door toedoen van de Heilige Geest…mensen spreken en handelen dan
vanuit Gods kracht…maar het is geheel iets anders dan “beschonken zijn”!
Prachtig
hoofdsieraad
Jesaja 28:4 In dit
gedeelte zie ik dat Efraïm wordt vergeleken met het prachtig hoofdsieraad op
het hoofd van het vruchtbare dal,…
De priesters moesten
steeds hun hoofd omwinden met een prachtig hoofdsieraad, want dat had God hen
opgedragen. Zij waren de leiders die een speciale taak hadden gekregen van God.
Zij moesten ervoor zorgen dat zij als “hoofden” of “als goede leiders” fungeerden
voor het volk. De hogepriester en de priesters moesten het volk “heiligen” en
zorgen dat de offers op de juiste manier werden gebracht. Op die manier werd er
een vruchtbaar leven gegarandeerd.
In psalm 23 mogen we lezen:
De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets…zelfs al ga ik door een dal van
diepe duisternis, ik vrees geen kwaad, want Gij zijt bij mij.
Onze God wil dat zijn land
en zijn volk een vruchtbaar land en vruchtbaar volk is! Dat heeft Hij reeds in
het begin van de bijbel laten weten: Genesis 1:28 Weest vruchtbaar en wordt talrijk, vervult de aarde en onderwerpt haar
enz.Dat waren Gods woorden aan de man en de vrouw , die Hij had geschapen
naar zijn beeld!
Maar in dit gedeelte van
Jesaja zie ik dat het Efraïm zal vergaan als met een vroege vijg, die reeds voor
de oogst zomaar uit de hand wordt opgeslokt!
Jezus Christus is de “eerstgeborene”
en Hij is het die de wereld zal oordelen!
Hij is als de vijgenboom,
die eerst bloeit in de lente. Hij wil dat er vruchten aanhangen.
Lucas 3:8 zegt: Brengt dan
vruchten voort die aan de bekering beantwoorden. In vers 9 gaat Hij verder met
te zeggen dat de bijl reeds aan de wortel ligt. Jezus heeft zelfs een
vijgenboom vervloekt omdat deze geen vruchten droeg.
In Johannes 15:6 staat : Wie in Mij niet blijft, is buitengeworpen
als de rank en is verdord, en men verzamelt ze en werpt ze in het vuur en zij
worden verbrand.
Jezus
zelf is het waarop de sierlijke kroon zal zijn en de prachtige diadeem voor de
rest van zijn volk dat met heldenmoed de vijand uit de stad verdrijft!
Jesaja
28:2 beschrijft Jezus Christus als Iemand die sterk is als een hevige hagelbui,
een welvelwind, krachtig als een kolkende watermassa die met zijn machtige hand
alles omver zal stoten!
Jesaja
28:3 zegt dat de trotse kroon van de dronkaards zal worden vertrapt.
Gebed:
Heer help mij te bewaren
voor trots en steeds nuchter te blijven doorgaan om te wandelen door de Geest
en dicht bij U te blijven en in U, zodat niemand mijn kroon kan nemen, die U
voor mij hebt weggelegd. Help mij om goede vruchten te dragen en te putten uit
de enige echte levensboom: Jezus Christus!
woensdag 23 september 2015
Haiku's vanuit de Jacobusbrief
Haiku’s
vanuit de Jacobusbrief
Jac. 1:2-4
Schiet in niets tekort.
Als uw geloof beproefd wordt,
houdt het voor vreugde!
Jac.1:6
Een golf van de zee
door de wind aangedreven,
is een twijfelaar!
Jac.1:9-10
Arme: prijs je hoog
en rijke: prijs je gering,
want alles vergaat!
Jac.1:17
Iedere gave,
elk geschenk dat volmaakt is,
daalt van boven neer!
Jac.1:27
Onbevlekte godsdienst
bewaart zich van de wereld
met een zuiver hart!
Jac.2:5
De kloof arm en rijk
wordt slechts door liefde gedicht
met barmhartigheid!
Jac.2:10
Als je de wet houdt,
pleit je schuldig op alles,
als je één keer faalt.
Jac.2:12
De wet van vrijheid
roemt tegen het oordeel door
barmhartig te zijn!
Jac.2:22-23
Geloof en werken
moeten steeds samenwerken.
Dan ben je Gods vriend.
Jac.3:6
De tong is maar klein
dat heel het lichaam bevuilt
door verkeerd gebruik.
Jac. 3:13
Een goede wandel
toont vredezaaiend werk,
dat vruchtbaar is.
Jac.4:6-10
Wie tot God nadert,
en zijn ellende beseft,
verkrijgt genade.
Jac. 5:12
Geef Hem uw jawoord.
en verander niet van koers.
Wees goed en dienstbaar!
Jac.5: 20
Liefde brengt inkeer
en brengt verdwaalden terug
op het rechte spoor.
Maria
Segers 23 september 2015
vrijdag 11 september 2015
Gedicht: Imitatie - Jona's
Imitatie
– Jona’s
Zie je alleen maar
op datgene wat niet deugt?
Maak dan een diep
erbarmen,
barmhartigheid tot jouw
vreugd!
Oordeel of veroordeel jij
en wijs je soms met jouw
vinger?
Schrijf dan jouw naam op
de grond
en verberg jouw
stenenslinger!
Vecht je om vast te houden
aan Zijn barmhartigheid?
Onderscheid dan goed en
kwaad
oefen vooral in fijngevoeligheid!
De Schepper redde jou uit
zijn zee
anders was je zelf
verloren!
Zie slechts naar dat ene
teken:
De Vis waaruit je bent
geboren!
Maria
Segers 10 september 2015
n.a.v.
Mattéus 12:38-41
woensdag 26 augustus 2015
Veilig is Zijn volk... Psalm 78:40-55
Haiku
Veilig is Zijn volk.
De Herder leidt zijn schapen
met Zijn rechterhand.
Maria Segers 26 augustus 2015
n.a.v. psalm 78:52-54
Bijbelleesrooster 78:40-55
Psalm 78:52-54 Hij liet Zijn volk als schapen optrekken, leidde hen als een kudde door de woestijn. Hij voerde hen veilig, zodat zij niet vreesden, want de zee had hun vijanden overdekt. Hij bracht hen naar zijn heilig gebied, de berg die Zijn rechterhand had verworven...
De Israëlieten waren Gods volk en God wilde hen steeds in veiligheid brengen, zoals een Herder zijn schapen weidt, zo wil God zijn volk weiden. Als er eentje verstrikt geraakt...dan laat Hij de anderen even aan hun lot over en gaat dan dat ene schaap daaruit bevrijden. Als een leeuw aanvalt, dan zal Hij die leeuw overmeesteren. Ook David deed dat als herder en vertrouwde steeds daarbij op God en toen David tegen Goliath wilde vechten zei hij in 1 Samuel 17:37 De Here, die mij gered heeft uit de klauwen van leeuw en beer, Hij zal mij ook redden uit de hand van deze Filistijn.
1 Samuel 17:45 Gij treedt mij tegemoet met zwaard en speer en werpspies, maar ik treed u tegemoet in de naam van de Here der heerscharen, de God der slagorden van Israël, die gij getart hebt.
Ook wij christenen zijn Gods volk en worden geleid door Zijn Rechterhand. Jezus Christus is opgestaan en zit nu momenteel aan de Rechterhand van Zijn Vader en vandaar zal Hij ook terugkomen om te oordelen, de levenden en de doden. God heeft het ganse oordeel aan Zijn Zoon gegeven, want Hij is het ook die op Golgotha onze vijanden verdreef...onze grootste vijand: de dood heeft Hij daar overwonnen. Daar op het kruis heeft Hij ons gered uit de klauwen van de "Brullende leeuw: de Satan" . Op het kruis riep Hij uit: "Mijn God, mijn God waarom hebt Gij Mij verlaten? Maar het antwoord hierop is duidelijk: de vloek, al de zonden en ziekten kwamen daar op Zijn schouders te liggen en daar God een Heilig God is...had Hij daar zelfs Zijn eigen Zoon moeten verlaten, want God kan geen enkele zonde door de vingers zien!
Jezus Christus stierf als "Het Lam van God" en liet Zijn kostbaar bloed daar vloeien om ons te reinigen en om ons als zijn volk te heiligen. Daar op Golgotha heeft Hij ons in veiligheid gebracht en overgebracht uit het gebied van de vijand en ons gebracht in Zijn Koninkrijk en wij mogen daar, als gelovigen, als zijn schapen, ook wonen ... Hij brengt ons ook eens thuis. Wij zijn zijn schapen en Hij leidt ons ook met Zijn Heilige Geest, als onderpand van ons bezit (Efeziërs 1:14), naar de plaats (Efeziërs 2:6) waar Hij nu zit aan de Rechterhand van de Vader, want Hij wil dat wij zijn waar Hij is (Johannes 14:1-3)!
Gebed: Dankjewel, Hemelse Vader, dat u mij veilig brengt naar de plaats waar Jezus Christus zit aan Uw Rechterhand en dat U mij leidt als Uw schaap, zodat ik nergens bang voor hoef te zijn als ik maar op U vertrouw. U hebt mij gered uit de klauwen van de duivelse leeuw en overgebracht in het koninkrijk van Uw goddelijke, heilige Zoon en ik mag geleid worden aan Uw Hand als Uw kind. Dank U wel voor Uw eeuwige barmhartigheid en ontferming en de genade, die mij te beurt is gevallen.
Bedankt dat ik mag uitroepen: De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets, Hij voert mij naar rustige wateren, Hij richt voor mij een dis aan en zelfs al ga ik door een diep dal, ik hoef geen kwaad te vrezen...want U bent dag en nacht bij mij! U zalft ook mijn hoofd met olie en heil en goedheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven... en ik mag in het huis van de Heer verblijven tot in lengte van dagen! (psalm 23)
Veilig is Zijn volk.
De Herder leidt zijn schapen
met Zijn rechterhand.
Maria Segers 26 augustus 2015
n.a.v. psalm 78:52-54
Bijbelleesrooster 78:40-55
Psalm 78:52-54 Hij liet Zijn volk als schapen optrekken, leidde hen als een kudde door de woestijn. Hij voerde hen veilig, zodat zij niet vreesden, want de zee had hun vijanden overdekt. Hij bracht hen naar zijn heilig gebied, de berg die Zijn rechterhand had verworven...
De Israëlieten waren Gods volk en God wilde hen steeds in veiligheid brengen, zoals een Herder zijn schapen weidt, zo wil God zijn volk weiden. Als er eentje verstrikt geraakt...dan laat Hij de anderen even aan hun lot over en gaat dan dat ene schaap daaruit bevrijden. Als een leeuw aanvalt, dan zal Hij die leeuw overmeesteren. Ook David deed dat als herder en vertrouwde steeds daarbij op God en toen David tegen Goliath wilde vechten zei hij in 1 Samuel 17:37 De Here, die mij gered heeft uit de klauwen van leeuw en beer, Hij zal mij ook redden uit de hand van deze Filistijn.
1 Samuel 17:45 Gij treedt mij tegemoet met zwaard en speer en werpspies, maar ik treed u tegemoet in de naam van de Here der heerscharen, de God der slagorden van Israël, die gij getart hebt.
Ook wij christenen zijn Gods volk en worden geleid door Zijn Rechterhand. Jezus Christus is opgestaan en zit nu momenteel aan de Rechterhand van Zijn Vader en vandaar zal Hij ook terugkomen om te oordelen, de levenden en de doden. God heeft het ganse oordeel aan Zijn Zoon gegeven, want Hij is het ook die op Golgotha onze vijanden verdreef...onze grootste vijand: de dood heeft Hij daar overwonnen. Daar op het kruis heeft Hij ons gered uit de klauwen van de "Brullende leeuw: de Satan" . Op het kruis riep Hij uit: "Mijn God, mijn God waarom hebt Gij Mij verlaten? Maar het antwoord hierop is duidelijk: de vloek, al de zonden en ziekten kwamen daar op Zijn schouders te liggen en daar God een Heilig God is...had Hij daar zelfs Zijn eigen Zoon moeten verlaten, want God kan geen enkele zonde door de vingers zien!
Jezus Christus stierf als "Het Lam van God" en liet Zijn kostbaar bloed daar vloeien om ons te reinigen en om ons als zijn volk te heiligen. Daar op Golgotha heeft Hij ons in veiligheid gebracht en overgebracht uit het gebied van de vijand en ons gebracht in Zijn Koninkrijk en wij mogen daar, als gelovigen, als zijn schapen, ook wonen ... Hij brengt ons ook eens thuis. Wij zijn zijn schapen en Hij leidt ons ook met Zijn Heilige Geest, als onderpand van ons bezit (Efeziërs 1:14), naar de plaats (Efeziërs 2:6) waar Hij nu zit aan de Rechterhand van de Vader, want Hij wil dat wij zijn waar Hij is (Johannes 14:1-3)!
Gebed: Dankjewel, Hemelse Vader, dat u mij veilig brengt naar de plaats waar Jezus Christus zit aan Uw Rechterhand en dat U mij leidt als Uw schaap, zodat ik nergens bang voor hoef te zijn als ik maar op U vertrouw. U hebt mij gered uit de klauwen van de duivelse leeuw en overgebracht in het koninkrijk van Uw goddelijke, heilige Zoon en ik mag geleid worden aan Uw Hand als Uw kind. Dank U wel voor Uw eeuwige barmhartigheid en ontferming en de genade, die mij te beurt is gevallen.
Bedankt dat ik mag uitroepen: De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets, Hij voert mij naar rustige wateren, Hij richt voor mij een dis aan en zelfs al ga ik door een diep dal, ik hoef geen kwaad te vrezen...want U bent dag en nacht bij mij! U zalft ook mijn hoofd met olie en heil en goedheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven... en ik mag in het huis van de Heer verblijven tot in lengte van dagen! (psalm 23)
dinsdag 25 augustus 2015
Hij verdierf hen niet... Psalm 78:32-39
Haiku
Hij verdierf hen niet.
Hij is de barmhartige.
Maar Hij verzoende!
Maria Segers 25 augustus2015
n.a.v. psalm 78: 38
Bijbelleesrooster 78:32-39
Psalm 78:38 Maar Hij, de barmhartige, verzoende
de ongerechtigheid en verdierf niet; Hij wendde menigmaal zijn toorn af en wekte zijn volle grimmigheid niet op.
Telkens opnieuw zondigt de mens! Ook hier lezen we in het begin in vers 32 Ondanks dit alles zondigden ze verder en vertrouwden niet op zijn wonderen...
Soms vraagt de mens zich af: waarom laat God dit of dat toe in mijn leven? We verlangen steeds maar geluk en vrede in ons leven en denken daarbij alleen maar aan onszelf. Ik wil dit...en ik wil het zo...enz. en ik krijg niks anders dan moeilijkheden op mijn pad! De mens klaagt en zaagt...
Maar daar is God niet zo blij mee! God wil altijd dat de mens "tot Hem komt" en naar Hem vraagt...en dan daarbij op Hem vertrouwt dat Hij voor alles zorgt wat nodig is in ieders leven op een unieke manier!
Onlangs hoorde ik van een vriendin: als ik in nood ben...dan zal ik wel eens bidden tot God...maar nu gaat het goed met mij...waarom zou ik dan nu bidden tot God?
Zo is het altijd, dacht ik dan...pas als de mens in nood verkeert...dan vragen ze dat God hen helpt!
Ook in dit gedeelte zien we dat God medelijden heeft met de mensen, die in zijn ogen maar een "ademtocht, die vervliegt en niet weerkeert" vers 39 zijn!
God wil altijd helpen!
Maar Hij wil niet dat "ze zondigen" want God is een heilig God... Hij kan geen zonde zien!
In het begin van dit gedeelte kunnen we lezen dat de zonde de doodstraf verdient en dat gebeurde dan ook...mensen gingen dood door hun eigen ongerechtigheid!
Maar dan doet de mens wel iets! In vers 34 en 35 mogen we lezen: Als Hij hen dan doodde, dan vroegen ze naar Hem, bekeerden zich en zochten God, en gedachten dat God hun rots was, en God, de Allerhoogste, hun Verlosser!
Wat we daarna verderlezen is ook weer niet rooskleurig...want ze bedrogen Hem en belogen Hem met hun tong, hun tong was niet standvastig bij Hem, zij waren niet getrouw aan zijn verbond!
Maar dan komt het speciale... Maar Hij, de barmhartige, verzoende de ongerechtigheid en verdierf niet!
Gebed: Bedankt Here God, dat ook U mij niet verdierf, maar U stierf om mijn ongerechtigheden te dragen op het kruishout. Bedankt, Heer, dat U daar ons mensen, die slechts een ademtocht zijn in uw ogen, hebt verzoend door Uw geweldig zoenoffer waardoor we terug onder uw ogen mogen komen, want U kan onze zonde niet door de vingers zien. U bent een heilig, maar ook een barmhartige God. Dank U wel Heer dat U medelijden met ons hebt en ons genadig wilt zijn. Help ons om op U, U alleen te vertrouwen. U gaf ons de "Verlossingszoon en daardoor de Verlossingszoen". Uw bloed reinigt ons van elke zonde. Help ons geen bedrog te plegen met onze mond of met onze gedachten maar steeds trouw U blijven volgen op ons pad, wetende dat we ons met U hebben "verbonden" en met elkaar, die ook in U hun vertrouwen hebben gesteld!
Hij verdierf hen niet.
Hij is de barmhartige.
Maar Hij verzoende!
Maria Segers 25 augustus2015
n.a.v. psalm 78: 38
Bijbelleesrooster 78:32-39
Psalm 78:38 Maar Hij, de barmhartige, verzoende
de ongerechtigheid en verdierf niet; Hij wendde menigmaal zijn toorn af en wekte zijn volle grimmigheid niet op.
Telkens opnieuw zondigt de mens! Ook hier lezen we in het begin in vers 32 Ondanks dit alles zondigden ze verder en vertrouwden niet op zijn wonderen...
Soms vraagt de mens zich af: waarom laat God dit of dat toe in mijn leven? We verlangen steeds maar geluk en vrede in ons leven en denken daarbij alleen maar aan onszelf. Ik wil dit...en ik wil het zo...enz. en ik krijg niks anders dan moeilijkheden op mijn pad! De mens klaagt en zaagt...
Maar daar is God niet zo blij mee! God wil altijd dat de mens "tot Hem komt" en naar Hem vraagt...en dan daarbij op Hem vertrouwt dat Hij voor alles zorgt wat nodig is in ieders leven op een unieke manier!
Onlangs hoorde ik van een vriendin: als ik in nood ben...dan zal ik wel eens bidden tot God...maar nu gaat het goed met mij...waarom zou ik dan nu bidden tot God?
Zo is het altijd, dacht ik dan...pas als de mens in nood verkeert...dan vragen ze dat God hen helpt!
Ook in dit gedeelte zien we dat God medelijden heeft met de mensen, die in zijn ogen maar een "ademtocht, die vervliegt en niet weerkeert" vers 39 zijn!
God wil altijd helpen!
Maar Hij wil niet dat "ze zondigen" want God is een heilig God... Hij kan geen zonde zien!
In het begin van dit gedeelte kunnen we lezen dat de zonde de doodstraf verdient en dat gebeurde dan ook...mensen gingen dood door hun eigen ongerechtigheid!
Maar dan doet de mens wel iets! In vers 34 en 35 mogen we lezen: Als Hij hen dan doodde, dan vroegen ze naar Hem, bekeerden zich en zochten God, en gedachten dat God hun rots was, en God, de Allerhoogste, hun Verlosser!
Wat we daarna verderlezen is ook weer niet rooskleurig...want ze bedrogen Hem en belogen Hem met hun tong, hun tong was niet standvastig bij Hem, zij waren niet getrouw aan zijn verbond!
Maar dan komt het speciale... Maar Hij, de barmhartige, verzoende de ongerechtigheid en verdierf niet!
Gebed: Bedankt Here God, dat ook U mij niet verdierf, maar U stierf om mijn ongerechtigheden te dragen op het kruishout. Bedankt, Heer, dat U daar ons mensen, die slechts een ademtocht zijn in uw ogen, hebt verzoend door Uw geweldig zoenoffer waardoor we terug onder uw ogen mogen komen, want U kan onze zonde niet door de vingers zien. U bent een heilig, maar ook een barmhartige God. Dank U wel Heer dat U medelijden met ons hebt en ons genadig wilt zijn. Help ons om op U, U alleen te vertrouwen. U gaf ons de "Verlossingszoon en daardoor de Verlossingszoen". Uw bloed reinigt ons van elke zonde. Help ons geen bedrog te plegen met onze mond of met onze gedachten maar steeds trouw U blijven volgen op ons pad, wetende dat we ons met U hebben "verbonden" en met elkaar, die ook in U hun vertrouwen hebben gesteld!
maandag 24 augustus 2015
De geschiedenisles: Vergeet Zijn werk niet! Psalm 78:1-31
Haiku's
Vergeet Zijn werk niet.
Bewaar al Zijn geboden
Vertel het steeds voort!
Hij deed wonderen.
Hij was bij hen dag en nacht
tot getuigenis!
Hij bood Zijn hulp aan.
Al bleef Hij voor hen zorgen,
ze zondigden voort.
Maria Segers n.a.v. Psalm 22
Bijbelleesrooster: Psalm 78:1-31
Psalm 78: 22 Omdat zij in God niet geloofden en op God niet vertrouwden...
In psalm 78 vers 21 staat: Daarom werd de Here, toen Hij het hoorde, verbolgen, en een vuur ontbrandde tegen Jacob, ook verhief zich toorn tegen Israël!
God had zijn volk uit de slavernij van Egypte geleid en wilde hen graag brengen naar "het beloofde land"...een land dat zou vloeien van melk en honing!
Maar eerst moesten zij door de woestijn!
God stelt de mens op de proef om te zien wat er in hun hart is!
God wil graag zorgen voor zijn volk, voor de mensen, die Hij heeft geschapen. Hij biedt steeds in alles Zijn hulp en voorzieningen aan. Hij wil hen eten en drinken geven en onderdak enz. Maar Hij wil graag dat de mensen op Hem hun vertrouwen zullen stellen en Hij wil niet dat ze op hun eigen inzichten zullen steunen!
In de woestijn vragen de mensen zich af hoe God nu voor hen zal zorgen, hoe Hij voor eten en drinken kan zorgen in zulke wildernis en droogte en hitte bovendien!
Maar God schenkt hen alles wat ze nodig hebben en doet water stromen uit rotsen, waardoor er rivieren ontspringen en hen voorziet van voldoende water ter verfrissing! Hij leidt hen dag en nacht en ...de wolk in de dag en het vurig licht in de nacht. Hij doet tal van wonderen...Hij splijt zelfs de zee, zodat het water langs beide zijden omhoog gaat staan en baant zo voor zijn volk een weg door de zee!
Maar dan zien we in vers 17 staan: Maar ze bleven verder tegen Hem zondigen!
Ze twijfelen eraan dat God in deze woestijn wel voor hun eten kan zorgen en voor voldoende drinkwater!
Maar natuurlijk kan God daarin voorzien en Hij doet het dan nog ook...maar Hij werd wel eerst toornig, omdat zijn volk daarvoor niet op Hem hun vertrouwen stelde. Hij zorgde voor hen "tot verzadiging toe" lezen we in vers 29!
Gebed: O Here God, help ons om niet op onze eigen inzichten te vertrouwen, maar alleen maar onze ogen te richten op U, die voor ons wil zorgen in alle omstandigheden. U hebt gezegd: zoekt de dingen, die boven zijn en niet de dingen die beneden zijn en de rest zal u bovendien geschonken worden! Bedankt, O God, dat U voor ons de weg hebt gebaand, want Uw Zoon: de Heer Jezus Christus leidt ons en bidt zelfs voor ons dag en nacht! Hij is de enige Weg en Hij schenkt ons overvloedig water uit Zijn bron... Hij is onze Rots, die met ons meegaat en voor verfrissing zorgt in ons leven. Mogen wij Zijn werk, dat Hij heeft volbracht aan het kruis nooit vergeten en voort vertellen aan ons nageslacht dat Hij is opgestaan uit de dood en ons brengt naar "Zijn beloofde Land" ! Hij is het brood dat uit de hemel is neergedaald! Hij is het die ons heeft overgebracht uit de slavernij van de zonde naar Zijn vrijheid en Koninkrijk!
Hij wil ons geven iedere dag Zijn levend water dat stroomt uit Zijn heilsrivier. Bedankt, o God dat U ons met Uw Woord ook wil verlichten en met Uw Heilige Geest ons wil leiden doorheen soms diepe dalen en het dorre woestijnleven!
Vergeet Zijn werk niet.
Bewaar al Zijn geboden
Vertel het steeds voort!
Hij deed wonderen.
Hij was bij hen dag en nacht
tot getuigenis!
Hij bood Zijn hulp aan.
Al bleef Hij voor hen zorgen,
ze zondigden voort.
Maria Segers n.a.v. Psalm 22
Bijbelleesrooster: Psalm 78:1-31
Psalm 78: 22 Omdat zij in God niet geloofden en op God niet vertrouwden...
In psalm 78 vers 21 staat: Daarom werd de Here, toen Hij het hoorde, verbolgen, en een vuur ontbrandde tegen Jacob, ook verhief zich toorn tegen Israël!
God had zijn volk uit de slavernij van Egypte geleid en wilde hen graag brengen naar "het beloofde land"...een land dat zou vloeien van melk en honing!
Maar eerst moesten zij door de woestijn!
God stelt de mens op de proef om te zien wat er in hun hart is!
God wil graag zorgen voor zijn volk, voor de mensen, die Hij heeft geschapen. Hij biedt steeds in alles Zijn hulp en voorzieningen aan. Hij wil hen eten en drinken geven en onderdak enz. Maar Hij wil graag dat de mensen op Hem hun vertrouwen zullen stellen en Hij wil niet dat ze op hun eigen inzichten zullen steunen!
In de woestijn vragen de mensen zich af hoe God nu voor hen zal zorgen, hoe Hij voor eten en drinken kan zorgen in zulke wildernis en droogte en hitte bovendien!
Maar God schenkt hen alles wat ze nodig hebben en doet water stromen uit rotsen, waardoor er rivieren ontspringen en hen voorziet van voldoende water ter verfrissing! Hij leidt hen dag en nacht en ...de wolk in de dag en het vurig licht in de nacht. Hij doet tal van wonderen...Hij splijt zelfs de zee, zodat het water langs beide zijden omhoog gaat staan en baant zo voor zijn volk een weg door de zee!
Maar dan zien we in vers 17 staan: Maar ze bleven verder tegen Hem zondigen!
Ze twijfelen eraan dat God in deze woestijn wel voor hun eten kan zorgen en voor voldoende drinkwater!
Maar natuurlijk kan God daarin voorzien en Hij doet het dan nog ook...maar Hij werd wel eerst toornig, omdat zijn volk daarvoor niet op Hem hun vertrouwen stelde. Hij zorgde voor hen "tot verzadiging toe" lezen we in vers 29!
Gebed: O Here God, help ons om niet op onze eigen inzichten te vertrouwen, maar alleen maar onze ogen te richten op U, die voor ons wil zorgen in alle omstandigheden. U hebt gezegd: zoekt de dingen, die boven zijn en niet de dingen die beneden zijn en de rest zal u bovendien geschonken worden! Bedankt, O God, dat U voor ons de weg hebt gebaand, want Uw Zoon: de Heer Jezus Christus leidt ons en bidt zelfs voor ons dag en nacht! Hij is de enige Weg en Hij schenkt ons overvloedig water uit Zijn bron... Hij is onze Rots, die met ons meegaat en voor verfrissing zorgt in ons leven. Mogen wij Zijn werk, dat Hij heeft volbracht aan het kruis nooit vergeten en voort vertellen aan ons nageslacht dat Hij is opgestaan uit de dood en ons brengt naar "Zijn beloofde Land" ! Hij is het brood dat uit de hemel is neergedaald! Hij is het die ons heeft overgebracht uit de slavernij van de zonde naar Zijn vrijheid en Koninkrijk!
Hij wil ons geven iedere dag Zijn levend water dat stroomt uit Zijn heilsrivier. Bedankt, o God dat U ons met Uw Woord ook wil verlichten en met Uw Heilige Geest ons wil leiden doorheen soms diepe dalen en het dorre woestijnleven!
Abonneren op:
Posts (Atom)